Chevrolet Corvette GTP/Eagle 700

De introductie van de GTP-regelgeving zorgde ervoor dat prototype sports car racing in de jaren ‘80 een enorme populariteitsboost in de Verenigde Staten genoot. Grote fabrikanten als Porsche, Nissan, Toyota, Jaguar en Mazda lieten zich allen verleiden tot deelname. Zelfs de absolute gigant van de Amerikaanse auto-industrie, General Motors, stapte in. In samenwerking met Lola ontwikkelde het merk de Chevrolet Corvette GTP, waarna de bolide in 1985 debuteerde met NASCAR-renstal Hendrick Motorsports. In tegenstelling tot wat je misschien zou verwachten reden de meeste Corvette GTP’s niet met V8-motoren, maar putten ze hun kracht uit een geblazen V6. Met uitzondering van twee chassis.

Chassis HU8811-01, de laatste Corvette GTP ooit gebouwd, werd in 1988 geleverd aan Peerless Racing voor deelname aan een handjevol IMSA-races dat jaar. Dit chassis was een van de weinigen met een 5.8-liter aluminium V8 onder de kap en produceerde grofweg 650 pk. Met een Hewland VGC-versnellingsbak kon de Corvette makkelijk snelheden van boven de 300 kilometer per uur halen. HU8811-01 maakte haar debuut tijdens de Columbus 500 km in Ohio, de voorlaatste ronde van het IMSA-seizoen van 1988. Jack Baldwin en David Hobbs eindigden als vierde, achter de winnende Nissan GTP-ZX en twee Porsche 962’s, maar vóór de enige Hendrick-Corvette die de race uitreed. In de laatste race van het jaar haalden Baldwin en Hobbs de finish helaas niet en Peerless bleef het jaar erop als enige Corvette-team over toen GM de stekker uit het fabrieksteam trok en Hendrick Motorsports van de grid verdween. De Corvette was van de partij voor zes races, met Baldwin, Tom Pumpelly, Scott Goodyear, Elliot Forbes-Robinson en Jacques Villeneuve als coureurs. Nee, niet de Formule 1-wereldkampioen van 1997, maar de broer van Gilles Villeneuve. Jacques Villeneuve ‘senior’ kreeg ook wel de bijnaam ‘Oom Jacques’ om het verschil tussen de twee aan te duiden. Helaas werd het seizoen voor Peerless niet om over naar huis te schrijven. In Miami en Road Atlanta, de eerste twee races van het jaar, startte de Corvette niet door crashes in de vrije training. Voor de overige vier races verscheen de wagen wél aan de start maar haalde door motorproblemen en een klapband op Watkins Glen geen enkele keer de eindstreep.

De Corvette kreeg in 1990 een nieuwe eigenaar toen Paul Canary besloot ermee naar Le Mans te gaan. Ook de motor veranderde: de al niet bescheiden V8 werd vervangen door een nieuwe 10.2-liter Eagle V8 met maar liefst 956 pk. Ook de naam werd anders: de Corvette ging nu door het leven als de Eagle 700. Helaas zou de Eagle nooit over het Circuit de la Sarthe vliegen, want Canary en ploeggenoot Dennis Kazmerowski kwalificeerden zich niet nadat een elektronicaprobleem toesloeg in de nachttraining.

Chassis HU8811-01 racete hierna nooit meer, maar kwam in het voorjaar van 2023 in onze collectie terecht. De Corvette kreeg de rood-witte Budweiser-livery terug waarmee-ie debuteerde in 1988 en het bodywork werd gesigneerd door Villeneuve, Baldwin en Hobbs. De auto is te koop - neem contact op voor meer informatie en de prijs.